In de toiletruimte beneden hangt bij ons een krantenknipsel aan de muur, een ingezonden uit ik@nrc.nl door Jaco Berveling. Het hangt er al vele jaren en gaat nog over de beslissing van president Bush om Afghanistan en Irak binnen te vallen. Berveling vertelt over zijn bezoek aan een natuurpark in Alaska:
“Tijdens een excursie vertelt een ranger ons alles over het symbool van Amerika: de adelaar. Het beest heeft een enorm gezichtsvermogen, vertelt hij. Een adelaar kan bij wijze van spreken op dertig meter afstand nog een krant lezen. Door dat sterk ontwikkelde gezichtsvermogen is er in zijn kop maar nauwelijks plaats voor hersenen. Dan glimlacht de ranger. Hij zegt: “Great vision and no brains, is dat geen prachtig symbool voor een natie?”
Wij mogen halve Amerikanen zijn, maar hebben altijd grote moeite gehad met de visie van president Bush. Het is logisch dat je je land wilt beschermen tegen terroristische aanslagen en dat je deze netwerken en opleidingskampen wilt ontmantelen of vernietigen. Maar je moet je strategie wel eerst goed bepalen. Want een strijd tegen losjes georganiseerde terroristen in landen zonder heldere gezagsstructuren is moeilijk te winnen.
Het is goed dat Saddam Hoessein weg is, maar Amerika wilde de troepen pas terugtrekken als ze deze landen konden achterlaten als veilige, democratische staten. Zo zouden ook de zegeningen van democratie en marktkapitalisme zich kunnen verspreiden in het Midden-Oosten. Dit bevordert de politieke stabiliteit in dat deel van de wereld en daarmee de economische mogelijkheden (en vergroot de afzetmarkt).
Kan een democratie opgelegd worden? Een democratie kan alleen goed werken als deze regeervorm gedragen wordt door de bevolking. Na de euforie over de vlucht en arrestatie van Saddam Hoessein, ging het snel mis. De bevolking zag hoe de wereldmacht bleef en met veel militair vertoon terroristische netwerken probeerde op te rollen en de Taliban bestrijden, waarbij ook vaak burgerslachtoffers vielen. Hun geestelijke leiders wezen hen op de immoraliteit van de Amerikaanse cultuur (die de bevolking kende uit films). Zij zagen hoe Amerika een corrupte leider de hand boven het hoofd hield (Hamid Karzai). Hoe kunnen zij dan waardering opbrengen voor dit ingrijpen? Hoe kun je voorkomen dat de aanwezigheid van buitenlanders gezien wordt als een bezetting?
Nederland kon de afgelopen jaren prachtig laten zien dat het ook anders kon. De Nederlandse nadruk op de 3 D’s (defence, development en diplomacy) dwong bewondering af in heel de wereld. Jammer genoeg gaf Obama daar zijn eigen draai aan door in 2009 te pleiten voor de 3D’s "disrupt, dismantle and defeat Al Qaeda”. De Nederlandse militairen werkten aan het verbeteren van de veiligheid, gezondheidszorg, onderwijs en infrastructuur en hebben ook goede resultaten behaald. Maar de uitzending kon niet gecontinueerd worden; het kabinet viel erover.
Wij moeten ons in de beslissing over de politietrainingsmissie naar Afghanistan niet laten leiden door de wensen van Amerika, maar onze eigen afwegingen maken. Wat zijn onze doelstellingen? Hoe voorkom je dat je politiemensen opleidt die vervolgens gaan werken voor de Taliban? En nog belangrijker: hoe kun je een nationale politiemacht opleiden voor een land zonder sterke nationale structuren? Hoe kun je een bevolking helpen, als je nooit meer dan een paar stammen achter je ideeen kan scharen, die jouw hulp liever gebruiken om hun interne conflicten uit te vechten, dan te werken aan een nationale democratie?
En dat brengt mij tot mijn laatste punt. Wat is deze uitzending? Een militaire missie of ontwikkelingswerk? Dit onderscheid kan Afghanistan natuurlijk moeiljk gemaakt worden. Maar als wij deze uitzending bestempelen als ontwikkelingswerk, moet het ook voldoen aan dezelfde regels als andere ontwikkelingsprojecten. En volgens mij hanteren wij in Nederland de regel dat de overheid geen ontwikkelingswerk doet in instabiele landen.
Het is dus zaak om niet te snel te beslissen en in goed overleg met de G20, de lokale bevolking, particuliere hulporganisaties en bedrijven de juiste doelstellingen te benoemen, de goede strategie te kiezen en in dit alles onze EIGEN afwegingen te maken. Want het gaat wel om mensenlevens.