maandag 10 januari 2011

Decentralisatie: kan meer maatwerk samengaan met bezuinigingen?

Het Rijk wil decentraliseren en taken afstoten. En kleine gemeenten moeten zich steeds vaker aansluiten bij grotere buren om de bestuurskracht te krijgen die nodig is om al die extra taken op te vangen. Christen-politici die zich willen laten inspireren door hun voorgangers, zullen sympathie hebben voor decentralisatie. Niet alleen het katholieke subsidiariteitsbeginsel (taken zoveel mogelijk door lager overheden laten uitvoeren), maar ook het gereformeerde soevereiniteit in eigen kring (de overheid staat niet boven andere levenskringen, zoals geloof, opvoeding, onderwijs en economie) benadrukten een beperkte rol voor de (centrale) overheid.
Het probleem is dat de overheid streeft naar decentralisatie vanuit twee doelstellingen die elkaar tegenwerken. Namelijk in eerste plaats de wens om meer maatwerk te leveren, vanuit de overtuiging dat de lokale overheid de burgers beter kent. En in de tweede plaats de wens om te bezuinigen op posten die uitdijen, vanuit de realisatie dat de verzorgingsstaat te groot en te duur is geworden. Maar dit gaat niet samen. Maatwerk leveren betekent dat elke burger apart beoordeeld wordt en dat ambtenaren verantwoording moeten afleggen van hun keuzes. Dat kost juist meer geld. Als het verschuiven van taken naar het gemeentelijk niveau gepaard gaat met een bezuiniging op het beschikbare budget, kan dit maatwerk dus niet geleverd worden zonder een flinke bezuiniging door te voeren op de diensten die worden geleverd.
De gemeente is nu al verantwoordelijk voor de bijstandsuitkeringen en de WMO, maar wordt waarschijnlijk ook nog verantwoordelijk voor de Wajong-uitkering en de AWBZ. In de gemeente Amersfoort merk ik dat sommigen liever een streep zetten door vormen van hulp en ondersteuning voor grote groepen uitkeringsgerechtigden dan maatwerk te leveren, omdat er anders geen bezuinigingen kunnen worden gerealiseerd.
Maar volgens mij misken je de kracht van de gemeente, als je generieke regels uitvoert en weigert maatwerk te leveren. Bovendien hebben veel professionals in dit veld een prima gezond verstand van God gekregen en mogen zij dat in de uitoefening van hun baan best meer gebruiken. De huidige plannen voor decentralisatie zullen dus een hard gelag zijn voor veel gemeenten. Ze kunnen niet ontkomen aan het snijden in de hulp en ondersteuning die nu worden verleend. Maar dit kan ook door maatwerk te leveren.
Elke burger die deels afhankelijk is van een uitkering die door de gemeente wordt betaald, heeft al een contactpersoon bij de gemeente. Als het goed is, heeft deze ambtenaar geregeld persoonlijk contact met zijn/haar cliënt. Dus kan de ambtenaar in dat contact prima bepalen op welk pakket aan ondersteuning de cliënt recht heeft. Dit pakket kan worden samengesteld uit ‘vouchers’ (idee van onze Sociale Dienst), die ingeleverd kunnen worden bij maatschappelijke instellingen die voldoen aan de gemeentelijke voorwaarden. Hoe moeilijker het is voor de uitkeringsgerechtigde om betaalde arbeid te verrichten, hoe meer vouchers.
Dit zou ook moeten gelden voor de burgers die ondersteuning krijgen vanuit de WMO of de AWBZ, waarbij de beoordeling van de pakketzwaarte alleen aan het begin van het proces noodzakelijk is indien de ziekte chronisch is of er sprake is van een permanente handicap. Je zou je hierbij kunnen voorstellen dat cliënten in staat worden gesteld om bij te betalen als zij duurdere zorg wensen dan de gemeente noodzakelijk acht.
De ambtenaar hoeft dan alleen te noteren welke vouchers zijn afgegeven en waarom. Deze gegevens worden ook bekend gemaakt aan de cliënt (zodat ze eventueel bezwaar kunnen aantekenen tegen deze beslissing). De maatschappelijk organisaties krijgen geld voor hun diensten als zij de vouchers inleveren bij de gemeente. In dit proces is geen beoordeling meer  nodig.
Deze maatschappelijke organisaties kunnen neutrale en professionele organisaties zijn, maar ook particuliere organisaties of levensbeschouwelijk organisaties, net als nu al het geval is bij het aanbod van thuiszorg via de WMO. De kwaliteit van de prestaties en de tevredenheid van de cliënten zullen daarin waarschijnlijk ook een rol spelen. Het is natuurlijk aan de gemeenteraad om te bepalen aan welke voorwaarden deze organisaties moeten voldoen om de vouchers te mogen ontvangen. De cliënten kunnen dan zelf kiezen  waar zij hun ondersteuning willen inkopen.
Dan kan over het totale budget bezuinigd worden. De diverse overheidsdiensten kunnen bepalen (in overleg met de professionals) hoeveel vouchers uitgegeven mogen worden om binnen dit budget te blijven. Hoewel ik voor maatwerk ben en de bezuinigingen met vrees en beven afwacht, hoop ik toch dat bezuinigingen op deze manier samen kunnen gaan met het leveren van meer maatwerk door ambtenaren en meer keuzevrijheid voor burgers.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten